Hendrik Adama, zoon van Herman Adama en Geertruida Nederhorst en in 1939 gehuwd met Johanna Maria Peters uit Nijmegen, werkte eerst op de Rijkslandbouwschool in Dordrecht. Uit angst voor bombardementen op de steden in West-Nederland, besloot hij te verhuizen naar Nijmegen, waar zijn vrouw vandaan kwam. Het gezin vestigde zich in Villa Dennenburg te Nijmegen aan de Sophiaweg 93. Hendrik werkte veel vanuit huis, waar hij een landbouwkundig ingenieuwsbureau was begonnen. 

 

Zijn dochter, Anneke Adema, was ziek op 5 september 1944 (Dolle Dinsdag).  De dokter had medicijnen voorgeschreven en om die snel te kunnen ophalen pakte Hendrik de fiets. Hij fietste van de Berg en Dalseweg de Sophiaweg op naar zijn woning toen hij door een wachtpost, een geüniformeerde Landwachter, gesommeerd werd te stoppen. Of Hendrik hem niet hoorde of niet wilde stoppen is niet duidelijk.  Hendrik reed door, waarop de Landwachter twee maal schoot. Bij de Westerhelling op de hoek met de Postweg kwam hij ten val. Twee dagen later overleed hij aan zijn verwondingen. Hij is begraven op begraafplaats Rustoord. In de Gelderlander werd op 16-12-1944 een oproep geplaatst door de hoofdcommissaris van Politie om inlichtingen te verkrijgen over de schietpartij en de persoon die de schoten had gelost. Of daar reacties op zijn gekomen is niet bekend.