Abraham Voltijn
Abraham Voltijn was een zoon van Meijer Voltijn en Mietje de Jong. Zij kregen acht kinderen van wie Abraham en Jacques er twee waren. Abraham trouwde op 7 februari 1918 te Zaandam met Betje de Jong. Zij vestigden zich met hun twee zonen Meijer en Louis op 26-04-1934 in Nijmegen. In Nijmegen werd de derde zoon Jacob geboren.
Abraham is in de loop van 1942 naar een van de joodse werkkampen gegaan voor terwerkstelling. Daar waren toen ook zijn zoons Jacob en Meijer. Van daaruit zijn zij in de nacht van 2 op 3 oktober 1942 overgebracht naar Westerbork. Zijn vrouw Betje komt voor op de lijst van personen die werden opgepakt bij de razzia van 2 oktober 1942. Vermoedelijk werd het hele gezin - m.u.v. zoon Louis die na zijn huwelijk in Amsterdam bleef wonen - begin oktober gearresteerd. Abraham werd op 16-10-1942 vanuit Westerbork op transport gesteld naar Auschwitz met het 28e treintransport, hetzelfde transport als zijn vrouw Betje en schoondochter Edith Aussen, de vrouw van zoon Meijer. Direct na aankomst werd hij op 19 oktober '42 vergast, evenals zijn partner Betje Voltijn-de Jong en zijn schoondochter Edith Voltijn-Aussen.
Het huis werd op 11-06-1943 ontruimd. Het is niet duidelijk of het zijn huis was of dat Betje Voltijn-de Jong eigenaresse was.
Bron: www.joodsmonument.nl; www.oorloginniijmegen.nl; westerborkportretten.nl
Persoongegevens 
Overlijdensgegevens 
Nationaliteit:
Nederlandse
Burgerlijke staat:
gehuwd
Adres:
Lange Burchtstraat 27
Geboortedatum:
13-12-1885
Geboortedatum toevoeging:
Geboorteplaats:
Den Bosch
Locatie:
concentratiekamp Auschwitz
Omstandigheid:
vergast/vermoord
Categorie:
Burgers: Joden